En zo ben je weer terug in Nederland waar de regen met woeste windvlagen tegen de ramen slaat. Tijd voor een Italiaans tegenoffensief vanuit de warme huiskamer. Bij een simpele pasta met gerookte kip, spinazie à la crème en pijnboompitten drinken we een Cabernet Franc uit de Veneto. Ik ruik en proef zoethout. De smaak van rode kersen geeft een frisse afdronk met aangename zuren (niet te verwarren met onaangename zuren waar je mond van samentrekt alsof je citroensap drinkt).
Deze wijn dronken we afgelopen zomer in een trattoria in Noord-Italië, niet ver van Sanremo. We kwamen er terug omdat het eten zo goed was en de eigenaar wist welke wijn wij lekker vonden. Deze dus, onder andere. Hij was zo genereus om ons een fles mee te geven toen we er de laatste keer aten. Terwijl ik zijn gemeende gastrvijheid de eerste avond flink wantrouwde, omdat de dag ervoor een joviale restauranthouder in Turijn ons een poot had uitgedraaid. In de schaduw van de Dom notabene; daar is hij erna waarschijnlijk gelijk te biecht gegaan.
De Dom van Turijn |