16 maart 2013

In Groningen

Gisteren was ik in Groningen voor mijn werk. Het was al weer wat jaren geleden dat ik er voor het laatst was; het blijft een roteind rijden. In Groningen is de wijnliefhebber in mij gevormd, als frequent bier drinkende student eind jaren negentig. De vonk sloeg over in de Wijngarage, een aangenaam slordig magazijnwinkeltje aan de Eendrachtskade waar de wijn uit dozen gekozen kon worden. De zaak werd gerund door een romanticus en een chemicus. De romanticus kon prachtig vertellen over elke nieuwe ontdekking die hij ter plekke ontkurkte wanneer hij daar zin in had. De chemicus was een lopende wijnencyclopedie die blind de Cabernet Franc van Château X aan z'n terroir en vegetale neus herkende. Ook de malolactische gisting kon hij je en detail uit de doeken doen. Na vijf jaar was de zaak op de fles. De heren waren beter thuis in smaken dan in zaken, zoveel is zeker.

10 maart 2013

Op bezoek bij de Trappistenabdij

In Hongaars gezelschap brengen we een bezoek aan de  pittoreske trappistenabdij Onze Lieve Vrouw van Koningshoeven, vlakbij Tilburg. Niet om te bidden voor de nieuwe paus (anders dan Nederland schijnt Hongarije een kans te maken op de pauselijke zetel), maar om Nederlands enige trappistenbier te proeven. La Trappe wordt sinds het einde van de 19e eeuw op ambachtelijke wijze gebrouwen, volgens een door de trappisten van Koningshoeven ontwikkelde receptuur. Dat luistert nauw, want alleen als het bier onder toezicht en verantwoordelijkheid van de monniken gebrouwen wordt, mag het de naam ‘Trappistenbier’ dragen.
 
De naam La Trappe is afkomstig van de Franse abdij ‘Notre-Dame de la Grande Trappe’, de bakermat van de Trappisten. Al sinds 1140 bestierden benedictijnen er een kapel. "Dan zijn zij pas echte monniken, als zij van het werk van hun handen leven.” Aldus Benedictus, founding father van het westers kloosterleven. Volgens zijn richtlijnen moeten de monniken in hun eigen onderhoud voorzien. Bierbrouwen bleek daarvoor het beste recept. Nog altijd is bier de belangrijkste bron van inkomsten voor het klooster. 

In het proeflokaal naast de abdij krijgen we een proeverij van zeven Trappistenbieren geserveerd. Mijn favoriet is La Trappe Isid'or. Een prachtig goudgeel bier dat is vernoemd naar broeder Isidorus, de eerste brouwer van de abdij. Zacht aromatisch, licht zoetig met een fijn bittertje. Intussen komen er twee broeders in pij binnenlopen om de ervaring nog authentieker te maken. Knabbelend aan een Quadrupel-bitterbal vraag ik me af hoe zij de pausloze periode van de sedes vacatio beleven. Gaan zij als het conclaaf begint stiekem naar de smartphones onder hun pij grijpen om te zien of er al witte rook is?


1 maart 2013

Hongaarse harmonie

Ik scharrelde wat door mijn kelder om een fles rode wijn uit te kiezen. Het was woensdagavond, niet op zoek naar grootse gebaren of specifieke wijn-spijscombi's vond ik een mij onbekende fles. Een Vesztergombi Cabernet Sauvignon uit 2008. Cabernet vind je over de hele wereld, maar de 'sz' in de naam van het wijnhuis laat er geen twijfel over bestaan dat we met een Hongaar van doen hebben. Uit de wijnregio Szekszárd om precies te zijn, ten zuiden van Boedapest.

wijnregio Szekszárd
wijnregio Szekszárd
wijnregio Szekszárd
wijnregio Szekszárd
wijnregio Szekszárd
Gravend in mijn geheugen probeerde ik te achterhalen hoe deze fles in mijn kelder terecht kwam. Was het een kerstcadeau van de bevriende Hongaarse trucker? Een doodgoeie vent maar niet echt een wijnliefhebber. Zo maakte ik de fles open met lage verwachtingen. Maar de eerste slok bleek een warm bad in plaats van een koude douche.

De smaak is krachtig en vurig, de afdronk is kruidig en licht gepeperd met een tongstrelende zachtheid van rijpe tannines. Je proeft dat 'ie een gedegen houtopvoeding heeft gehad. Een Hongaarse webslijter omschrijft deze wijn als 'harmonikus bor' (bor is wijn). Zelfs met mijn beperkte kennis van het Hongaars kan ik hier volmondig mee instemmen.

Helaas, niet verkrijgbaar in Nederland. Wel in Boedapest bij wijnbar Divino.