Merano is een verademing voor wie na alle knusse bergdorpjes toe is aan stedelijk vertier. De frisse alpenlucht mengt hier met een air van savoir-vivre. Deze kuurstad was eeuwenlang de hoofdstad van het graafschap Tirol. Nu is het een wonderlijke smeltkroes van alpiene en mediterrane invloeden. Je treft er serieus geschoeide wandelaars op weg naar de omringende bergtoppen en even verderop zit het door oleanders en palmen omzoomde terras vol met prosecco lurkende mondaine types. Een groot voordeel van Merano is dat het er altijd een stuk warmer is dan in de nabij gelegen bergdalen. In ons dal is het vandaag fris en regenachtig, dus rijden wij naar Merano.
Daar aangekomen is het lunchtijd. Een oud kasteeltje heeft een weelderige tuin met een bistro. Daar eten we verse pasta met: jawel, Cabernet Sauvignon! Ik was mijn nieuwe favoriet even uit het oog verloren. Je ziet 'em hier ook nauwelijks. Uit het zuiden van de regio (onder Trento) komt deze Cabernet Sauvignon Il Ciliegino van La Vigne. Honderd procent Cab S, waarbij 5% van de druiven is gedroogd door appassimento - de truc die ze ook bij Amarone uithalen om smaak en restsuiker extra aan te zetten. Het is al een vreemde druif voor deze regio en dan hebben we hier ook nog te maken met een wijnhuis dat relatief weinig flessen produceert. Een goed bewaard geheim dus. Het is een bijzonder fraai glas met aroma's van zwarte kersen en bramen gevolgd door een volle smaak waarin we een klein kruidig spoortje vanille ontwaren.
Rustig uitbuiken is er niet bij, we gaan in looppas verder over de Sissi-wandelweg. Keizerin Sissi was volgens de overlevering zeer gecharmeerd van Merano. En op Hongarije was ze ook al dol. Maar een gezellige wijndrinker zal het niet geweest zijn, de grande dame was graatmager en permanent op dieet.