Niets zo leuk als het zorgvuldig uitkiezen van een bijzondere wijn in zijn eigen streek. 'Die kan je in Nederland mooi niet krijgen', dacht ik vergenoegd toen ik op het vliegveld van Bari een fles Castel del Monte Vigna Pedale Riserva 2008 van Torrevento aanschafte. Deze wijn scoorde in 2012 drie glaasjes in de Italiaanse wijnbijbel die Gambero Rosso jaarlijks uitgeeft, een maximale score.
Twee maanden later trof ik deze wijn doodleuk aan bij de Sligro. Daar hadden ze zelfs een speciale editie: de hals van de fles is versierd met een ereteken waarop de drie Gambero Rosso-glaasjes staan. In de aanbieding ook nog, dus snel maar even wat extra flessen ingeslagen.
In de fles zit honderd procent Nero di Troia. Een prachtige naam voor een druif vind ik, vol van Griekse mythologie. Het waren de oude Grieken die de wijnstok mee naar Puglia brachten en de druif voelt zich daar al weer zo'n 3000 jaar (!) thuis. Nero di Troia is een echte zuiderling, net als zijn bekendere streekgenoten Primitivo en Negroamaro. Het is een kwaliteitsdruif die goed kan ouderen. Dat is het goede nieuws, het slechte nieuws is dat hij door de lage opbrengsten per hectare steeds minder populair is onder wijnboeren.
Over tot de orde: hoe doet de wijn het in het glas? Eigenlijk anders dan ik me had voorgesteld. Veel minder robuust dan bijvoorbeeld een Primitivo, maar wel een zelfde volle warme smaak waarin ik bramen en lekker bittere chocola proef. Zondoorstoofd, zacht en kruidig. Onmiskenbaar zuidelijk temperament, met mooie benen in plaats van spierballen.
In
de Gambero Rosso wijngids voor 2013 is de Castel del Monte Vigna Pedale
ook weer opgenomen als topper. De hele lijst met de best beoordeelde
wijnen per regio voor 2013 vind je hier.