23 maart 2014

Aangeprezen wijnen

Vroeger was het leven van de wijndrinker een stuk overzichtelijker. Bij een notabel beroep hoorde een wijnkelder. Zo’n lekkere muffe ruimte met dozen vol van dezelfde wijn, zodat de heer des huizes slechts over de appellation en classificatie van zijn Bordeaux of Bourgogne hoefde  na te denken. In de 21e eeuw is wijn opgepikt door handige marketingjongens die je ‘een stukje beleving onder de kurk’ willen verkopen. Niet alleen wijnzaken, webslijters en supermarkten strijden om de gunst van de drinker, maar ook in allerlei media wordt grof geschut ingezet om wijn uit alle windstreken te slijten. Zo doen in mijn Volkskrant Therèse (van Jonnie) en Astrid (van tv), de firma Wijnvoordeel en de eigen Volkskrant Wijnwinkel verwoede pogingen mij te verleiden.

Als optimistisch mens steek ik hier vaak de loftrompet over allerlei wijnen. Laat ik nu ook eens een kritische noot kraken die betrekking heeft op aangeprezen wijn. Ik proefde vlak na elkaar twee Siciliaanse flessen van Montalto, de Nero d’Avola en de blend van Sangiovese en Syrah. Beiden als  sterwijn in de supermarktwijngids opgenomen, allebei door mij aangeschaft bij Plus. Als liefhebber van Siciliaanse wijn was ik teleurgesteld. Slappe hap, zurig en vlak. Gelukkig maar, je moet die wijnschrijvers ook niet allemaal klakkeloos nadrinken.

de wijn...
...en de aanprijzer
Gisteren dronk ik met meer tevredenheid de aangeprezen wijn die ik uit de krant heb besteld. De Rosso Veronese van Il Passo di Sabina uit het gebied tussen Verona en het Gardameer. ‘Veel sappig, mondvullend, gerijpt fruit: braam en haast gedroogde pruimen. Ripasso Look-a-Like!!’, juichte de Volkskrant. Dat laatste verwijst naar de traditionele methode waarbij most in contact wordt gebracht met gedroogde druivenschillen, waardoor de Ripasso een extra concentratie meekrijgt. Zoals de illustere Amarone uit dezelfde streek. Zoveel body heeft deze Rosso niet, maar sappig en rond is 'ie zeker. Over die haast gedroogde pruimen tast ik nog in het duister, maar verder sluit ik me aan bij de aanbeveling. 

16 maart 2014

Geen grijze muis - Pinot Gris uit de Elzas

Helaas geen familie...
Als liefhebber van aromatisch wit kan je me altijd een fles uit de Elzas voor zetten. Aardig om nu weer eens een Pinot Gris te drinken. Toch een beetje een onderschatte wijn. De Gewurztraminer eist als primadonna van de Elzas de meeste aandacht op. Dan heb je nog de alomtegenwoordige Pinot Blanc: vaak een beetje suf en vlak maar desondanks (of juist daarom) nog altijd ongekend populair in de horeca. Nee, dan de Pinot Gris. Zeker geen grijze muis maar een wijn met historisch besef. Heel lang ging 'ie door voor het chique neefje van de Hongaarse Tokaj, die al in de twaalfde eeuw internationale bekendheid genoot. Een beetje wishful thinking waarschijnlijk. Niet gek gezien de zegetocht van Tokaj in Europa langs tsaren, vorstenhuizen en andere beau monde-figuren.

Waarschijnlijker is een afkomst dichter bij huis: de Bourgogne. Ook niet mis qua cachet bovendien. De verwarring over de stamboom zie je ook terug in de vele namen die de Pinot Gris versleet. Grauer Tokayer werd achtereenvolgens Tokay Gris, Tokay d‘Alsace, Tokay Pinot Gris en uiteindelijk, sinds 2007, Pinot Gris.

Wij drinken de Pinot Gris van Cave Ingersheim uit 2011, ooit op de kop getikt na een wijnproeverij in wijnrestaurant Artisan. In de neus zoet fruit, abrikozen en iets rokerigs. De smaak is vol en delicaat, waarbij het zoet van gele meloen in de afdronk mooi in evenwicht komt dankzij een fris tegengeluid. Een dijk van een aperitief dat je laat talmen om aan tafel te gaan. Maar daar doet 'ie het ook goed bij kip in roomsaus of iets Oosters. Mensen, vaker drinken die Pinot Gris!