Een van mijn favoriete personages op tv is Wouter Klootwijk.
Hij heeft zo’n ontzettend authentieke ongepolijste kop, alsof ‘ie net voor de
opname 20 km
heeft hardgelopen op de Afsluitdijk bij windkracht 9. Een markante verschijning in het gladde
medialandschap van de Jorts, de Matthijssen en de Arie B.’s. Klootwijks nieuwe
serie heet De Wilde Keuken. Er wordt
niet in gekookt, wel volop geëxperimenteerd. Hij neemt allerlei keukenproducten
onder de loep. Niet een geavanceerde keuken, maar een rommelige werkplaats is
zijn uitvalsbasis. De uitzending van woensdag ging over bouillonblokken: wat
zit daar nou precies in was de vraag.
Vaste prik in elke aflevering is de ontmoeting met Nick Trachet, geïntroduceerd als ‘de beste culinaire publicist van de lage landen die kantoor houdt in een café in Brussel’. In het volgende shot zien we beide heren zitten aan de toog van een bruin café, toostend met een kloeke kelk. Aan het glas en het karakteristieke kegelvormige flesje herkent de goede verstaander Orval: het trappistenbier van de Belgische abdij Notre-Dame d'Orval. ‘Een koe bestaat uit vier kwartieren. Wat doe je met het vijfde kwartier?’ stelt Trachet met een serieus gezicht. ‘Een bouillonblokje is instant-koe’, vervolgt Klootwijk, schuddend op zijn barkruk van het lachen.
Hieronder een item uit 2011 van De Wilde Keuken Kort over wijn. Klootwijk verwondert zich in twee minuten over het feit dat wijn in flessen zit waarvan het glas net zoveel weegt als de wijn.